Cookie Instellingen

Om Topfund.nl goed te laten functioneren maken we gebruik van cookies. Lees hier meer over Privacy & cookies.

Alle cookies accepteren
sluiten

CO2-EMISSIEHANDEL – de vrijwillige markt

Waar de markt voor verplichte emissiehandel is gecreëerd en gereguleerd door bindende internationale, regionale en supranationale CO2-verminderende wetten en afspraken, functioneert de vrijwillige compensatiemarkt juist buiten die verplichte markt om.
CO2-EMISSIEHANDEL – de vrijwillige markt

De vrijwillige CO2-markt, oftewel de Voluntary Carbon Market (VCM), geeft bedrijven en particulieren de mogelijkheid om hun CO2-voetafdruk vrijwillig te compenseren. De CO2-rechten op de vrijwillige markt (VER’s: Verified Emission Reductions) zijn dus niet ontstaan vanwege overheidsverplichtingen, maar als een initiatief van (bedrijfs)maatschappelijk verantwoord ondernemen en/of als reactie op de druk van de markt, aandeelhouders of de publieke opinie.

Bedrijven die hun doelstellingen voor de uitstoot van broeikasgassen niet kunnen halen, kunnen koolstofcompensatiekredieten, oftewel carbon credits, kopen. Elk krediet komt overeen met één ton verminderde, vermeden of verwijderde CO2 (of equivalente uitstoot van broeikasgassen). Wanneer een koolstofkrediet is gekocht, wordt het verplaatst naar een register voor ‘retired’ credits, wat betekent dat het niet langer verhandelbaar is.

Het geld dat voor deze koolstofkredieten wordt betaald, wordt vervolgens doorgesluisd naar klimaatprojecten, vaak in ontwikkelingslanden, die anders misschien niet van de grond zouden komen. Hierbij valt te denken aan herbebossings- en waterbeheerprojecten en programma’s voor koolstofafvang en -opslag, voor de ontwikkeling van hernieuwbare energie en voor regeneratieve landbouw.

Anders gezegd: de vrijwillige CO2-markt ondersteunt een breed scala aan milieuprojecten die kunnen variëren van kleine lokale initiatieven tot grootschalige industriële projecten, die in principe altijd worden gecertificeerd door internationale organisaties als Verra en Gold Standard én ten minste aan drie van de 17 Sustainable Development Goals (SDG’s) van de VN moeten voldoen. Internationaal bekende auditors als Veritas en SGS controleren de projectplannen, bezoeken projecten in de eerste fase en daarna in principe elk jaar.

Hoewel het doel altijd is om de uitstoot van broeikasgassen of kooldioxide uit de lucht te verminderen of te verwijderen, leiden bovengenoemde projecten vaak ook tot gunstige neveneffecten, waaronder het beschermen van de biodiversiteit, preventie van vervuiling, verbetering van de waterkwaliteit en het scheppen van (lokale) werkgelegenheid.

Vergeleken met de verplichte markt is de prijsstelling van koolstofkredieten op de vrijwillige markt een stuk complexer en minder transparant. Dit komt omdat de soorten projecten die door de kredieten op de vrijwillige markt worden gefinancierd enorm verschillen (in onder meer projectomvang, -locatie en -kwaliteit).

Tegelijkertijd is de verplichte markt vaak strikt gereguleerd en onderworpen aan bureaucratische beperkingen, terwijl de vrijwillige markt op dat gebied veel meer vrijheid biedt en er dus ook meer ruimte is voor innovativiteit. Zo worden door het Europees Innovatiefonds – waar veel van de opbrengsten uit de verkoop van emissierechten op de verplichte markt naar toe gaat – alleen (hele) grote klimaatprojecten gefinancierd, terwijl op de vrijwillige markt ook projecten worden uitgevoerd die als te klein of te weinig levensvatbaar zouden worden beschouwd op de verplichte koolstofmarkt. Dat kan op zijn beurt weer resulteren in de ontwikkeling van nieuwe (minder voor de hand liggende) groene technologieën.

Niet voor niets wordt de vrijwillige koolstofmarkt door velen omschreven als een mooie aanvulling op de verplichte markt die bedrijven en organisaties bovendien ook in staat stelt om verder te gaan dan waartoe ze wettelijk verplicht zijn.

Toch is de vrijwillige markt nog niet erg toegankelijk voor particuliere beleggers. Dat komt vooral door een gebrek aan regulering, met name op het gebied van certificering en verificatie. Er moet immers op worden vertrouwd dat de hoeveelheid CO2 die wordt gekocht, ook echt ergens uit de lucht wordt gehaald. Het is de kunst van de fondsbeheerder om op de vrijwillige markt niet alleen het kaf van het koren te scheiden, maar ook een gediversifieerde blootstelling te waarborgen.