Cookie Instellingen

Om Topfund.nl goed te laten functioneren maken we gebruik van cookies. Lees hier meer over Privacy & cookies.

Alle cookies accepteren
sluiten
Stilte voor de storm?
Portret Hein Praats
Een column door
Hein Praats

Stilte voor de storm?

Datum:
24/6/2021
Dat de stijging van Amerikaanse staatsobligatierentes nu even stagneert, betekent niet dat ze door toenemende inflatiedruk straks alsnog omhoog kunnen spuiten.

In de maand mei zijn de consumentenprijzen in de VS over de gehele linie met 5% gestegen, in de grote steden zelfs met meer dan 7%. Daarmee is sprake van de grootste prijsstijging sinds de kredietcrisis van 2008.

Rente eerder omhoog

Hoewel de Amerikaanse Federal Reserve blijft volhouden dat dergelijke ontwikkelingen slechts van tijdelijke aard zullen zijn, hebben die fors gestegen CPI-cijfers de Fed-bestuurders klaarblijkelijk wel genoeg aanleiding gegeven om hun renteverwachtingen (onverwacht) omhoog bij te stellen.

Uit de vorige week gepubliceerde ‘dotplot’ – een puntenwolk waarin de individuele voorspellingen van de monetaire beleidsmakers voor toekomstige rentestanden grafisch staan weergegeven – bleek namelijk dat in 2023 al twee renteverhogingen worden verwacht. Afgelopen maart was de consensusverwachting binnen het Fed-bestuur nog dat een eerste renteverhoging niet voor 2024 zou plaatsvinden.

Financiële markten reageerden als door een adder gebeten; door een hogere rente die nu naar verwachting dus sneller in het verschiet ligt, werden dollars aangekocht en aandelen juist van de hand gedaan.

Toch bleef op de staatsobligatiemarkt de schade relatief beperkt en was er slechts sprake van kortstondig licht oplopende rentes. Op het moment van dit schrijven zijn we zelfs alweer onder de pré-dotplot niveaus gezakt. Daarmee lijkt het erop dat staatsobligatiehandelaren zich net als de Fed (nog steeds) geen zorgen maken over stijgende inflatiedruk. In theorie zouden obligaties immers een barometer van toekomstige inflatieniveaus moeten zijn, waarbij logica voorschrijft dat obligatiebeleggers die toenemend (en langdurend) inflatierisico voorzien, gecompenseerd willen worden door middel van hogere obligatierentes.

Tegenovergestelde beweging

De afgelopen tijd is echter juist het tegenovergestelde gebeurd. Zo daalde, terwijl de inflatie almaar opliep, de 10-jaars rente op Amerikaanse treasuries van een hoogste punt van 1,75% in maart, naar onder de 1,50% nu.

Dat kan betekenen dat staatsobligatiehandelaren het of bij het rechte eind hebben, waarbij de (tijdelijk) hogere inflatie spoedig weer zal gaan dalen, of fout zitten, waarbij de inflatierisico’s nu niet op de juiste waarde worden ingeschat en op termijn wél correct (lees: met hogere rentevoeten) zullen worden ingeprijsd.

Afgaande op de historie is de staatsobligatiemarkt in ieder geval niet erg goed in het voorspellen van toekomstige inflatie. Sterker nog, de afgelopen 70 jaar werkte de correlatie in onder meer de VS, Engeland, Frankrijk en Japan juist in tegenovergestelde richting en waren inflatieniveaus een voorbode van toekomstige obligatierentestanden in plaats van andersom.

Markt verstoord

Daar komt bij dat de structuur van de staatsobligatiemarkt door de kwantitatieve verruimingspolitiek van de Fed flink is veranderd waardoor de vrije marktwerking ook steeds meer verstoord is geraakt. Zo was in het eerste kwartaal van 2021 de uitdijende balans van de Fed goed voor meer dan 70% van de groei van de uitstaande staatsschuld, terwijl dat in heel 2020 gemiddeld genomen nog minder dan 60% was.

Bovendien werd er in de eerste drie maanden van dit jaar ook minder schuldpapier uitgegeven door de Amerikaanse overheid, waardoor je kunt beargumenteren dat de minder hard (dan verwacht) gestegen staatsobligatierentes eerder voortvloeien uit meer vraag (van de Fed) naar en beperkter aanbod (door de overheid) van schuldpapier, dan dat het komt door lage inflatievrees van staatsobligatiebeleggers in het algemeen.

Daarnaast lijkt me het feit dat de Fed zo'n massale koper en houder van staatobligaties is geworden sowieso een bron van zorg. Mocht inflatie minder tijdelijk, en dus meer blijvend van aard, uitpakken, dan kan diezelfde Fed ook zomaar besluiten om ter bestrijding daarvan zijn monetaire beleid drastisch te gaan verkrappen.

Van ontwrichting tot chaos

In dat geval zou het terugdraaien van de gigantische obligatieopkoopprogramma’s niet alleen het economisch herstel in gevaar kunnen brengen, maar zou het wegvallen van de Fed als veruit de grootste koper ook kunnen leiden tot forse ontwrichtingen op de obligatiemarkt. En mochten daardoor ook buitenlandse houders van Amerikaanse staatsobligaties – die ondanks dat ze de afgelopen jaren minder zijn gaan kopen nog steeds zo’n 25% van het uitstaande staatsschuldpapier van de VS in handen hebben – nerveus worden en tot verkoop overgaan, dan zou de chaos op de staatsobligatiemarkt compleet zijn.

Anders gezegd liggen er genoeg risico’s op de loer die door langdurend oplopende inflatie getriggerd zouden kunnen worden. In dat licht bekeken zou de relatieve rust die nu (nog) lijkt te heersen op de staatsobligatiemarkt ook zeer wel als stilte voor de storm kunnen worden geïnterpreteerd…